Deze producten krijgen een Albert Heijn-designuiterlijk.

Op deze manier wil Boer zijn marktgebied uitbreiden van de voedingsmarkt naar
de retailmarkt. De retailmarkt is met euro 70 miljard euro een stuk groter
dan de voedingsmarkt in Nederland, die 30 miljard euro groot is. "We
hebben (met Etos en Gall & Gall erbij, red.) 15 procent van de
retailmarkt in handen. Dat kan best naar 20 procent, denk ik dan",
aldus topman Boer.

Albert Heijn heeft ontwerpers ingehuurd om de non-foodproducten in een eigen
huisstijl te ontwerpen. Op de vraag of de nieuwe designproducten
vergelijkbaar zijn met die van Hema, zegt Boer: "Ik vind Hema erg goed
in zijn design." Om daaraan toe te voegen: "Maar zij hebben
vierhonderd winkels en wij achthonderd."

Non-foodafdeling uitbreiden
Juist omdat Albert Heijn zoveel vestigingen in het land heeft, denkt Boer de
non-foodafdeling in eigen beheer te kunnen uitbreiden. Het overnemen van een
Nederlandse retailer lag dan ook niet voor de hand. "En er moest wel
een retailer zijn." Daar komt bij dat de topman voeding bij Albert
Heijn nog altijd het belangrijkste product vindt, omdat daar de klant op
binnenkomt.

"We gaan door deze uitbreiding ook geen food-meters van het assortiment
halen. We willen alleen bestaande meters van non-food efficiënt gebruiken",
aldus Boer.

Kleding en vrije tijd
De nieuwe lijn krijgt vijf categorieën: kleding en vrije tijd, kantoor en
feest, media en entertainment, schoonmaak en onderhoud, en koken en wonen.
Voorwaarde is dat het product altijd snel en gemakkelijk bij de boodschappen
kan worden gekocht.

Tafels gaat Albert Heijn niet verkopen. Tafelkleden wel. Kooktoestellen niet,
pannen wel. Elektronica niet, dvd's en spelcomputers wel. Ook wordt het
aandeel in textiel fors vergroot. Maar aan pashokjes wil Boer niet beginnen.

XL-winkels
De eerste uitbreiding is te vinden in de XL-winkels, waarvan Albert Heijn er
dertig heeft. Uiteindelijk moeten dit er vijftig worden. Daarna moet het
assortiment non-food snel verder groeien. Hoe groot het aandeel non-food van
de omzet moet worden, wil Boer niet zeggen. "Het gaat ons om het vullen
van de boodschappenwagen. Weet wel dat in Nederland in vergelijking met
andere landen in Europa nog weinig non-food in de supermarkten te vinden is."

Naast deze uitbreiding met nieuwe producten blijft Boer de prijs een
belangrijk wapen vinden in de strijd om de consumenteneuro. "Prijsverlagingen
gaan ten koste van de omzet", bevestigt Boer. "Maar als het volume
daardoor toeneemt (lees: er meer wordt gekocht door de consument, red.), dan
vind ik dat niet zo erg. Het is onze plicht mee te bewegen met de
portemonnee van de consument, zodat de prijs geen nadeel is om bij Albert
Heijn te winkelen. Daarom proberen we het prijsverschil met de concurrentie
te verkleinen. We zijn al goedkoper dan C1000."

Prijzen worden transparanter
Hoewel hij over zijn prijsstrategie voor dit jaar niets wil verklappen, geeft
Boer aan dat het prijsverschil van de supers blijvend kleiner wordt. Al
spreekt hij liever van "finetunen". Prijzen worden verder volgens
hem transparanter, omdat de consument vaker op het internet vergelijkt wie
de goedkoopste aanbieder is.

Jumbo, de concurrent die een systeem van "elke dag lage prijzen"
hanteert, komt volgens de chief operating officer dan ook in de klem, omdat
zij niet werken met acties. "Zij hebben geen promoties. En omdat het
absolute prijsniveau kleiner is, worden promoties belangrijker."

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl